Voordeel van alle aard bij persoonlijk gebruik van kosteloos ter beschikking gesteld voertuig

Formule bij catalogusprijs bij voordeel van alle aard kosteloos ter beschikking gesteld voertuig in 2020

(WIB 92, art. 36 gewijzigd bij wet 28 december 2011 en bij programmawet van 29 maart 2012 (I), BS 6 april 2012, 3e uitgave) ("Nieuwe berekeningsregels en FAQ - Voordeel van alle aard, dat voortvloeit uit het persoonlijk gebruik van een door de werkgever kosteloos ter beschikking gesteld voertuig")

Twee of meer berekeningen per voertuig in 2020

De formule voor het berekenen van het voordeel van alle aard hangt af van het aantal jaar dat het voertuig voor de eerste keer werd ingeschreven:

In het eerste jaar CO2-percentage x 6/7 x catalogusprijs voor bij verwerving in nieuwe staat of voor particulier - 100%

Van de 13e tot 24e maand (CO2-percentage x 6/7 x catalogusprijs voor particulier) - 6%

Van de 25e tot 36e maand (CO2-percentage x 6/7 x catalogusprijs voor particulier) - 12%

Van de 37e tot 48e maand (CO2-percentage x 6/7 x catalogusprijs voor particulier) - 18%

Van de 49e tot 60e maand (CO2-percentage x 6/7 x catalogusprijs voor particulier) - 24%

Vanaf de 61e maand (CO2-percentage x 6/7 x catalogusprijs voor particulier) - 30%

 

Een begonnen maand telt als maand voor de berekening van het aantal maand ingeschreven.

Als het voertuig voor het eerst werd ingeschreven in januari volgens het kentekenbewijs dan kan het voordeel voor heel het jaar 2020 uitgerekend worden. Dan wordt elke maand van het jaar de formule met hetzelfde percentage toegepast, wegens het aantal maanden ingeschreven.

 

De tweede berekening is het minimum.

 

Praktisch wordt elke maand pro rata berekend volgens het werkelijk ter beschikking zijn van het voertuig. U moet bij het voordeel van alle aard de datum ingeven van het ter beschikking stellen. Wie op 31 januari 2020 de sleutels van het voertuig kreeg, beschikte in januari 1 dag over het voertuig. Het voordeel van alle aard in de maand januari is dan beperkt tot 1/366e van het resultaat van de formule of van het minimum als dat meer bedraagt. De fractie van het hoogste resultaat wordt bij de inkomstenbelastingen aangeven als voordeel van alle aard voor het ter beschikking gestelde voertuig in januari 2020.

 

De volgende maand is februari, een volledige maand van 29/366e. Maart is een volledige maand van 31/366e. April is een volledige maand van 30/366e, enz. tot december 2020.

 

Als een voertuig op een andere dag in 2020 nieuw ingeschreven wordt, dan wordt berekend -100% voor aanslagjaar 2021.

 

Als het voertuig op 1 januari 2020 al ter beschikking was en dat voor het eerst ingeschreven was in januari 2019 volgens het kentekenbewijs en het voertuig ononderbroken ter beschikking bleef, dan is 366/366e of het volledige jaarbedrag - 94% wegens ouderdom van het ingeschreven voertuig aan te geven in de inkomstenbelastingen als voordeel van alle aard.

 

Echter als het voertuig nog voor 2020 werd ingeschreven in een andere maand dan januari dan wijzigt het percentage wegens maanden ingeschreven vanaf de maand die overeenstemt met de datum van eerste inschrijving. Dan moet de formule twee keer gebruikt worden. Vanaf de verjaardag wijzigt immers het percentage wegens leeftijd en dat levert een ander resultaat op voor hetzelfde voertuig.

 

Het minimum in 2020 bedraagt altijd 1.360 euro voor heel het jaar 2020, zelfs als het resultaat van de berekening met de formule waarin de catalogusprijs wordt opgenomen een lager bedrag als resultaat weergeeft.

 

Het CO2-percentage bedraagt niet minder dan 4% en maximaal 18%.

 

Als de catalogusprijs al zo laag is dat het resultaat van de berekening 1.360 euro op jaarbasis in 2020 niet overschrijdt, dan is er geen korting wegens het aantal jaren dat het ingeschreven is.

 

De formule en het minimum worden pro rata per maand berekend. Voor elke kalenderdag dat het voertuig ter beschikking is, moet een bedrag voordeel van alle aard betaald worden.

 

De tool berekent enkel het bedrag van het voordeel van alle aard van de personenauto, auto voor dubbel gebruik, minibus of met een personenauto gelijkgestelde lichte vracht en dat uiteindelijk in de aangifte van de inkomstenbelastingen 2021 vermeld zal worden en geeft een overzicht op maandbasis in het jaar 2020. Zolang de referentie-CO2-uitstoot onbekend was werd gerekend met de oude CO2-percentage, maar in 2020 was dat al op voorhand gekend. Na publicatie van de indexatie van het minimum, zullen in 2020 geen aanpassingen doorgevoerd moeten worden, noch op een latere loonfiche, noch bij de afrekening van de inkomstenbelastingen AJ 2021. Het was in januari 2020 al mogelijk het bedrag juist te berekenen op de eerste loonfiche.

 

Praktisch vanaf de publicatie van het gemiddelde van 2019 kan bij kosteloos gebruik van een ter beschikking gesteld voertuig, de berekentool met dezelfde cataloguswaarde zowel de bedrijfsvoorheffing als het aan te geven bedrag pro rata per maand correct berekenen tot eind 2020. De bedrijfsvoorheffing en het als inkomen aan te geven bedrag wegens ter beschikking gesteld voertuig wordt dan immers op dezelfde wijze berekend.

 

Vul de cataloguswaarde in de berekentool in volgens de laatste omschrijving. De tool houdt elke maand automatisch rekening met een percentage van de cataloguswaarde in functie van de datum van eerste inschrijving.

 

Geef de datum van ter beschikking stellen in. Deze datum kan later vallen dan de datum van verwerking van de laatste inschrijving bij de DIV. Geef indien het voertuig niet tot het einde van het jaar ter beschikking is de datum van teruggave van het ter beschikking gestelde voertuig in. Aangezien pro rata per maand berekend wordt zal indien de eerste inschrijving valt in een andere maand dan januari de berekening gesplitst uitgevoerd worden vanaf de maand van de eerste inschrijving. Het verschuldigde bedrag per maand in 2020 zal immers dalen vanaf de verjaardag van de eerste inschrijving met 6% totdat het resultaat van de berekening 70% bedraagt van de berekening voor een nieuw in 2020 ingeschreven voertuig.

 

Zolang het voertuig volgens de overeenkomst niet teruggegeven mag worden, blijft het voertuig ter beschikking.

 

Persoonlijk gebruik van kosteloos ter beschikking gesteld voertuig in 2020, definities

 

- Catalogusprijs

 

6/7 x cataloguswaarde van het kosteloos ter beschikking gestelde voertuig dat gebruikt mag worden voor privé en of woon en werkverplaatsingen.

 

Nu wordt onder cataloguswaarde verstaan in alle gevallen: de catalogusprijs van het voertuig in nieuwe staat bij verkoop aan particulier, inclusief opties en werkelijk betaalde belasting over de toegevoegde waarde, zonder rekening te houden met enige korting, vermindering, rabat of restorno. Dat geldt nu voor nieuw en tweedehands.

 

De catalogusprijs wordt bepaald zoals werd toegelicht door de FOD Financiën sinds 1 oktober 2012. De catalogusprijs aan particulier stemt vaak niet overeen met het factuurbedrag.

 

U neemt de catalogusprijs aan particulier op datum van bestelling van het voertuig nieuw als geleverd werd met vaste prijsgarantie.

 

U neemt de catalogusprijs aan particulier op datum van de factuur bij de levering als het voertuig in nieuwe staat niet gekocht werd met vaste prijsgarantie.

 

U voegt daarbij de catalogusprijs aan particulier van de opties en accessoires die de werkgever/ onderneming voor u betaalt heeft ook al werden die later pas geleverd.

 

In alle gevallen waarbij aftrekbare btw werd betaald wordt bij de catalogusprijs van het voertuig en de opties de werkelijk betaalde btw toegevoegd.

 

De berekentool houdt geen rekening met mede-eigendom van het voertuig door de bedrijfsleider, bijdragen die de werknemer betaalt voor het ter beschikking gestelde voertuig, upfront (aanbetaling het eerste jaar, aan te geven voor maximaal het ter beschikking gestelde voordeel voor het voertuig) of salary-split bij een werknemer die in België en in het buitenland rijdt voor de werkgever in België en voor de buitenlandse werkgever.

 

- CO2-percentage in 2020 voor de berekening

 

Een CO2-percentage wordt gebruikt in de formule voor de berekening van het voordeel van alle aard als een voertuig bedoeld in artikel 65 WIB 92 kosteloos ter beschikking wordt gesteld. Hieronder de overzichtstabel na aanpassing van het CO2-percentage in 2020 voor de berekening bij benzine, lpg en aardgas, evenals bij diesel.

 

Zuiver elektrisch heeft geen uitstoot, wat neerkomt op CO2-percentage 4%.

 

Vanaf 1 januari 2020 moet bij de berekening voor bepaalde types van oplaadbare hybridevoertuigen (een zogenaamde ‘plug in’-hybride), aangekocht vanaf 1 januari 2018, een andere CO2-waarde gehanteerd worden dan diegene die is opgegeven. Het gaat om oplaadbare hybridevoertuigen die zijn uitgerust met een elektrische batterij met een energiecapaciteit van minder dan 0,5 kWh per 100 kilogram van het wagengewicht of die een uitstoot hebben van meer dan 50 gram CO2 per kilometer. De in aanmerking te nemen uitstoot moet gelijk zijn aan deze van het overeenstemmende voertuig dat voorzien is van een motor die uitsluitend gebruik maakt van dezelfde brandstof. Indien er geen overeenstemmend voertuig bestaat dat uitsluitend voorzien is van een motor die gebruik maakt van dezelfde brandstof, wordt de uitstootwaarde vermenigvuldigd met 2,5.

Opgelet! Onderstaande tabel geldt niet voor de lichte vrachtauto die fiscaal wordt belast op de MTM en ook niet voor een scooter.

Tabel met CO2-percentages in de formule bij gebruik in 2020 aangepast aan het KB met gemiddelde CO2-emissie in 2019

In volgende tabel wordt het CO2-percentage afgelezen op de lijn van de CO2-emissie in de kolom van de gebruikte brandstof. In deze tabel werd de referentie-CO2-uitstoot van 111 g/km voor benzine bij gebruik in 2020 in plaats van 107 g/km in 2019, en voor diesel 91 g/km in 2020 in plaats van 88 g/km in 2019, in uitvoering van art. 36, § 2 WIB92.

Kies de kolom van de gekozen brandstof en daal daarna af naar de lijn met de CO2-emissie.

Indien de CO2-emissie lager is dan 96 g/km voor benzine, LPG of aardgas of 76 g/km voor diesel of het voertuig zuiver elektrisch is, dan is 4% toch het minimum voor het CO2-percentage in de formule.

CO2-percentages

 

CO2-percentage

Benzine, LPG of aardgas

Diesel

4 %

96 g/km

76 g/km

4,1 %

97 g/km

77 g/km

4,2 %

98 g/km

78 g/km

4,3 %

99 g/km

79 g/km

4,4 %

100 g/km

80 g/km

4,5 %

101 g/km

81 g/km

4,6 %

102 g/km

82 g/km

4,7 %

103 g/km

83 g/km

4,8 %

104 g/km

84 g/km

4,9 %

105 g/km

85 g/km

5 %

106 g/km

86 g/km

5,1 %

107 g/km

87 g/km

5,2 %

108 g/km

88 g/km

5,3 %

109 g/km

89 g/km

5,4 %

110 g/km

90 g/km

5,5 %

111 g/km

91 g/km

5,6 %

112 g/km

92 g/km

5,7 %

113 g/km

93 g/km

5,8 %

114 g/km

94 g/km

5,9 %

115 g/km

95 g/km

6 %

116 g/km

96 g/km

6,1 %

117 g/km

97 g/km

6,2 %

118 g/km

98 g/km

6,3 %

119 g/km

99 g/km

6,4 %

120 g/km

100 g/km

6,5 %

121 g/km

101 g/km

6,6 %

122 g/km

102 g/km

6,7 %

123 g/km

103 g/km

6,8 %

124 g/km

104 g/km

6,9 %

125 g/km

105 g/km

7 %

126 g/km

106 g/km

7,1 %

127 g/km

107 g/km

7,2 %

128 g/km

108 g/km

7,3 %

129 g/km

109 g/km

7,4 %

130 g/km

110 g/km

7,5 %

131 g/km

111 g/km

7,6 %

132 g/km

112 g/km

7,7 %

133 g/km

113 g/km

7,8 %

134 g/km

114 g/km

7,9 %

135 g/km

115 g/km

8 %

136 g/km

116 g/km

8,1 %

137 g/km

117 g/km

8,2 %

138 g/km

118 g/km

8,3 %

139 g/km

119 g/km

8,4 %

140 g/km

120 g/km

8,5 %

141 g/km

121 g/km

8,6 %

142 g/km

122 g/km

8,7 %

143 g/km

123 g/km

8,8 %

144 g/km

124 g/km

8,9 %

145 g/km

125 g/km

9 %

146 g/km

126 g/km

9,1 %

147 g/km

127 g/km

9,2 %

148 g/km

128 g/km

9,3 %

149 g/km

129 g/km

9,4 %

150 g/km

130 g/km

9,5 %

151 g/km

131 g/km

9,6 %

152 g/km

132 g/km

9,7 %

153 g/km

133 g/km

9,8 %

154 g/km

134 g/km

9,9 %

155 g/km

135 g/km

10 %

156 g/km

136 g/km

10,1 %

157 g/km

137 g/km

10,2 %

158 g/km

138 g/km

10,3 %

159 g/km

139 g/km

10,4 %

160 g/km

140 g/km

10,5 %

161 g/km

141 g/km

10,6 %

162 g/km

142 g/km

10,7 %

163 g/km

143 g/km

10,8 %

164 g/km

144 g/km

10,9 %

165 g/km

145 g/km

11 %

166 g/km

146 g/km

11,1 %

167 g/km

147 g/km

11,2 %

168 g/km

148 g/km

11,3 %

169 g/km

149 g/km

11,4 %

170 g/km

150 g/km

11,5 %

171 g/km

151 g/km

11,6 %

172 g/km

152 g/km

11,7 %

173 g/km

153 g/km

11,8 %

174 g/km

154 g/km

11,9 %

175 g/km

155 g/km

12 %

176 g/km

156 g/km

12,1 %

177 g/km

157 g/km

12,2 %

178 g/km

158 g/km

12,3 %

179 g/km

159 g/km

12,4 %

180 g/km

160 g/km

12,5 %

181 g/km

161 g/km

12,6 %

182 g/km

162 g/km

12,7 %

183 g/km

163 g/km

12,8 %

184 g/km

164 g/km

12,9 %

185 g/km

165 g/km

13 %

186 g/km

166 g/km

13,1 %

187 g/km

167 g/km

13,2 %

188 g/km

168 g/km

13,3 %

189 g/km

169 g/km

13,4 %

190 g/km

170 g/km

13,5 %

191 g/km

171 g/km

13,6 %

192 g/km

172 g/km

13,7 %

193 g/km

173 g/km

13,8 %

194 g/km

174 g/km

13,9 %

195 g/km

175 g/km

14 %

196 g/km

176 g/km

14,1 %

197 g/km

177 g/km

14,2 %

198 g/km

178 g/km

14,3 %

199 g/km

179 g/km

14,4 %

200 g/km

180 g/km

14,5 %

201 g/km

181 g/km

14,6 %

202 g/km

182 g/km

14,7 %

203 g/km

183 g/km

14,8 %

204 g/km

184 g/km

14,9 %

205 g/km

185 g/km

15 %

206 g/km

186 g/km

15,1 %

207 g/km

187 g/km

15,2 %

208 g/km

188 g/km

15,3 %

209 g/km

189 g/km

15,4 %

210 g/km

190 g/km

15,5 %

211 g/km

191 g/km

15,6 %

212 g/km

192 g/km

15,7 %

213 g/km

193 g/km

15,8 %

214 g/km

194 g/km

15,9 %

215 g/km

195 g/km

16 %

216 g/km

196 g/km

16,1 %

217 g/km

197 g/km

16,2 %

218 g/km

198 g/km

16,3 %

219 g/km

199 g/km

16,4 %

220 g/km

200 g/km

16,5 %

221 g/km

201 g/km

16,6 %

222 g/km

202 g/km

16,7 %

223 g/km

203 g/km

16,8 %

224 g/km

204 g/km

16,9 %

225 g/km

205 g/km

17 %

226 g/km

206 g/km

17,1 %

227 g/km

207 g/km

17,2 %

228 g/km

208 g/km

17,3 %

229 g/km

209 g/km

17,4 %

230 g/km

210 g/km

17,5 %

231 g/km

211 g/km

17,6 %

232 g/km

212 g/km

17,7 %

233 g/km

213 g/km

17,8 %

234 g/km

214 g/km

17,9 %

235 g/km

215 g/km

18 %

236 g/km of meer

216 g/km of meer

 

Toepassen formule of minimum bij gebruik in 2020

 

De formule van het voordeel van alle aard wordt in 2020 op jaarbasis, tot 31 december 2020.

 

CO2-percentage x 6/7 x catalogusprijs voor particulier -100% = resultaat.

 

Het minimum in 2020 bedraagt altijd 1.360 euro voor heel het jaar, zelfs als het resultaat van de berekening een lager bedrag als resultaat weergeeft. Die formule wordt pro rata toegepast.

 

In 2020, zoals in 2019 bedraagt het CO2-percentage ten minste 4% en maximaal 18% (zie tabel hierboven), vanaf januari 2020 toe te passen voor de voorheffing in uitvoering van het KB dat de gemiddelde uitstoot wijzigt bij benzine, aardgas en lpg evenals bij diesel.

 

Als de catalogusprijs al zo laag is dat het resultaat van de berekening 1 .360 euro op jaarbasis niet overschrijdt, dan is er geen korting wegens het aantal jaren dat het ingeschreven is mogelijk.

 

Het aan te geven voordeel van alle aard wordt pro rata per maand berekend per voertuig.

 

CO2 op kentekenbewijs telt voor de berekening van het voordeel van alle aard

 

De verzekerde die een voertuig ter beschikking heeft, kan maar beter zien dat op het kentekenbewijs een CO2 wordt vermeld. Als dat niet daarop staat, dan loopt de verkrijger van dat voertuig het risico dat de CO2 forfaitair wordt bepaald op 205 g/km (benzine, gas, aardgas) of 195 g/km (diesel).

 

Wat de verkrijger betaalt met loon is niet kosteloos

 

Wanneer het voordeel van ter beschikking stellen van het voertuig niet kosteloos wordt toegestaan, wordt het voordeel verminderd met de bijdrage van de verkrijger terugbetaald aan de werkgever. Er kan echter niet meer verminderd worden dan het bedrag van het voordeel van alle aard door een voertuig dat ter beschikking werd gesteld.

 

Het bedrag van het voordeel van alle aard wordt verminderd met wat de gebruiker van het voertuig betaalt aan de werkgever met een afhouding van het nettoloon volgens de overeenkomst van terbeschikkingstelling door de werkgever.

 

Hoe voordeel van alle aard beperken tot het minimumbedrag voor persoonlijk gebruik van kosteloos ter beschikking gesteld voertuig?

 

Het is mogelijk voertuigen te kiezen waarvoor niet meer dan 1.360 euro pro rata aantal dagen in 2020 verschuldigd is door het combineren van een lage uitstoot met een lage catalogusprijs van het voertuig en de ter beschikking gestelde opties opdat het resultaat van de berekening 1.360 of minder wordt:

CO2-percentage x (6/7 x catalogusprijs)

 

De uitstoot die overeenstemt met een bepaald CO2-percentage, hangt af van de motorbrandstof en de publicatie van het KB.

 

Zuiver elektrisch is het CO2-percentage altijd 4%.

 

Het CO2-percentage is ook 4% voor benzine LPG of aardgas als de uitstoot 96 g/km of minder bedraagt, sinds het KB met gemiddelde CO2-emissie over 2019 werd gepubliceerd.

 

Het CO2-percentage is ook 4% voor diesel als de uitstoot 76 g/km of minder bedraagt, sinds het KB met gemiddelde CO2-emissie over 2019 werd gepubliceerd.

 

Het CO2-percentage wordt met 0,1% vermeerderd voor elke g/km meer uitstoot volgens het kentekenbewijs van een voertuig aangedreven met benzine, LPG, aardgas of diesel. Het maximum CO2-percentage wordt begrensd op 18%. Zie de tabel hierboven.

 

Indien op het kentekenbewijs van het ter beschikking gesteld voertuig geen uitstoot wordt vermeld en DIV voor het voertuig in kwestie in het voertuigenbestand bij de DIV ook geen gegevens vindt, dan bedraagt het CO2-percentage voor benzine, lpg of aardgas 14,9% (vorig jaar 15,3%) en voor diesel zelfs 15,9% (vorig jaar 16,2%). Dat kan het geval zijn met een oud inschrijvingsbewijs.

 

Bij gebruik van hetzelfde voertuig van meer dan 70 maand of een ander voertuig dat minstens een jaar recenter is dan het voertuig vorig jaar met dezelfde brandstof en CO2-emissie zal in 2020 het budget lager moeten zijn dan in 2019 om niet meer dan 820 euro (basisbedrag te indexeren) voordeel van alle aard te verkrijgen in een aantal gevallen. Hoeveel minder is het gevolg van de indexering, want het hangt voor aanslagjaar 2020 vooral af van de gemiddelde CO2-uitstoot van 2019. Nu is het minimum 1.360.

 

Zelf betaalde brandstof zonder tankkaart die ter beschikking werd gesteld, mag niet afgetrokken worden van het voordeel van alle aard.

 

Zelf betaalde verzekering van het voertuig mag niet afgetrokken worden want de verzekering is dan niet door de werkgever/onderneming ter beschikking gesteld.

 

Zelf betaalde vergoeding van schade wordt niet afgetrokken van het voordeel van alle aard.

 

Voordeel van alle aard kosteloos ter beschikking gesteld voertuig, wanneer berekenen pro rata per dag.

 

Bij wijziging van voertuig wordt het voordeel van alle aard per dag berekend. Dat geldt bij de nieuwe berekening van het voordeel voor personenauto, auto voor dubbel gebruik, minibus of voor de belastingen gelijkgesteld voertuig. Een lichte vracht waarvoor de verkeersbelasting op de MTM betaald wordt, blijft echter belast tegen de werkelijke waarde.

 

Met tegelijkertijd twee voertuigen ter beschikking wordt het voordeel berekend voor de twee voertuigen. Het voordeel is verschuldigd vanaf de dag dat het voertuig ter beschikking is gesteld tot op de dag voor het inleveren van het voertuig. Wie een ander voertuig krijgt als voordeel heeft er dus alle belang bij het vervangen voertuig zo snel mogelijk terug te bezorgen aan de onderneming die er eigenaar van is, voor zover het niet ingekocht wordt door de gebruiker.

 

Het volstaat dat het voertuig ter beschikking is, om belast te worden op het VAA. Het voordeel bestaat zelfs als het voertuig niet wordt gebruikt die dag. Wie alleen in het weekend eens rijdt, moet dus betalen voor heel de week. Dat geldt ook als het voertuig in de werkplaats van een garage staat. Het bedrag van het voordeel wijzigt dus niet als de garage een vervangwagen ter beschikking stelt tijdens het onderhoud of de herstelling.

 

Met een aanloopwagen wordt dan weer wel rekening gehouden om het voordeel van alle aard te bepalen. De verkrijger vermijdt beter het gebruik van een aanloopwagen met een hoge uitstoot en een hoge catalogusprijs in afwachting van de levering van het gekozen voertuig.

 

Ook het privégebruik van een poolwagen of voor woon-werkverplaatsingen is een aan te geven voordeel van alle aard. In dat geval wordt rekening gehouden met de poolwagen die in de maand het meest wordt gebruikt. Echter de werkgever kan een werknemer zonder recht op een poolwagen bij een toevallige omstandigheid met zo een voertuig laten rijden. Enkel bij zeer uitzonderlijk gebruik voor een korte afstand van een poolwagen is het sociaal voordeel niet belast.

 

Wie vaak langdurig ziek is en daardoor niet op het werk kan zijn en dus geen gebruik van het voertuig kan maken, is beter af met een voertuig dat hij volgens de werkgever werkelijk moet inleveren volgens een clausule in die overeenkomst. Want alleen dan kan de terbeschikkingstelling geschorst worden voor de periode van effectieve inlevering. Het beding wordt aangeraden voor de enige bestuurder. Het beding verliest haar belang als andere gezinsleden met het ter beschikking gesteld voertuig kunnen rijden.

 

Bij alleen woon-werk of professionele verplaatsingen is de forfaitaire berekening onverkort van toepassing.

 

Tankkaarten en verzekeringen betaald door de werkgever in verband met het voertuig zijn werkelijk iets waard.

 

Andere dan in geld verkregen voordelen van alle aard

 

Andere dan in geld verkregen voordelen van alle aard bovenop het ter beschikking stellen van het voertuig worden in 2019 aangerekend voor de werkelijke waarde, tenzij bij KB regels worden bepaald voor het ramen van een vast bedrag voor voordelen.

 

Een fiets of scooter is op de werkelijke waarde als voordeel van alle aard aan te geven. Echter voor de fiets of scooter uitsluitend voor woon-werkverkeer gebruikt is er geen voordeel van alle aard.